Een Dienaar worden

Zondagsoverdenking

 Een Dienaar worden

Lukas 17:1-10

Er zijn een paar criteria in onze wereld, gebruikt voor de waarden van een werk of een daad. De meest gebruikte en gangbare is geld. Wat verdien je?

Ten tweede is tijd. Vooral voor vrijwilligers. Hoe lang kan ik er aan werken? Zal de tijd die ik eraan besteed wel genoeg zijn.

Ten derde is het resultaat. Vooral voor degenen waar het eindproduct het allerbelangrijkst is. Alles kan hij of zij opofferen, als het resultaat maar bereikt is. Ten koste van alles ?

Ten vierde is de prestige, de waardering. Je doet iets om waardering te oogsten van anderen, en daardoor offer hij tijd en geld op. Welke waardering zal hij of zij oogsten? Zal dat mijn status verhogen?

Het laatste criterium is mijn eigen tevredenheid, ben ik er content mee? Iemand doet iets, omdat het tevredenstellend is. Meestal is het overeenkomstig met een hobby of wat hij of zij leuk vindt.

Sommigen proberen de bovenstaande criteria met elkaar te combineren. Heel tevredenstellend is een werkstuk, die tevredenheid, en geld, binnen korte tijd oplevert.

 

Maar ik ken een voorbeeld van hoe iemand al die criteria opzij schoof, zo lijkt het tenminste.

Wijlen de heer Maridjan, stond bekend in Jogyakarta voor zijn toegewijdheid. Hij was een hofdienaar van de Keraton van Jogyakarta, met een speciale taak als sleutelbewaarder van de berg Merapi. Tot zijn taken horen de observatie van de activiteiten van de berg Merapi, en volgens de Sultan Hamengkubuwono X, ‘als leider ter voorbereiding van de rituele traditie ter ere van de Merapi’.Op 26 oktober 2010 tijdens de Merapi observatie overleed hij aldaar. Aan het begin van zijn werk, kreeg Opa Maridjan 3710 rupiah per maand. Sinds zijn promotie tot Penewu, is zijn salaris tot 5600 rupiah per maand gestegen. Zijn salaris kreeg hij eens in de drie maanden. Wat zou de norm van Mbah Maridjan zijn om trouw zijn functie als hofdienaar voor het koninkrijk van Jogyakarta te voldoen?

 

Mbah Maridjan is niet de enige die dit doen. Tientallen inwoners van Jogyakarta, registreren zich vrijwillig om paring dalem (soldaat binnen het koninkrijk) te worden. Dit werk is zo gewild, dat er nooit reclame voor gemaakt wordt.De selectie hiervoor gebeurt eens in de drie jaren. De laatste selectie was van november 2009, met 100 deelnemers. De voorwaarden om kasteelsoldaat te worden zijn, leeftijd maximaal 40 jaar, heeft minimaal de lagere middelbare school afgemaakt, lichaamslengte minimaal 165 centimeter. Op dit moment heeft het kasteel van Jogyakarta ongeveer 600 soldaten. Ze komen uit verschillende maatschappelijke lagen, boer, docent, dokter, kantoormensen, of gepensioneerden. Hun taak: nachtwake minstens twee nachten achter elkaar, om de 20 dagen, ook ten tijde van de Gerebeg (een religieuze gebeuren, de Maulid van de profeet Muhammad). Sinds de Sultan Hamengkubuwana V, hoeven deze soldaten niet meer ten strijde te trekken. Alleen als bewaker van de gebouwen of kasteel evenementen. Hun salaris? Maandelijks tussen de 500 tot 2000 rupiah per maand. De uitbetaling gebeurt eens in de 4 maanden.

 

En waarom doen ze dat dan? Ze zijn niet werkeloos, dus hebben geen behoefte om geld te verdienen. Het is ook niet voor hun carriere. Ze doen het alleen voor de dienstbaarheid. Ze worden dienaar uit vrijwilligheid.

 

In het Koninkrijk der Nederlanden, zijn er 800 mensen werkenden voor de Koningin. De onkosten voor het Koninkrijk, in 2008, bedroeg 113,9 miljoen Euro en alles betaald door het Rijk. Het onderhoud en onkosten van de hofhouding zelf bedraagt 35 miljoen Euro. Van die 800 mensen, werken alleen 40 mensen aan het Hof zelf. En eenderde van hen ontvangen alleen een onkostenvergoeding. Geen salaris en werken om beurten. Deze zijn de geselecteerden uit een lijst van gegadigden. Dus er zijn mensen die vrijwillig voor de Koningin in de hofhouding willen werken.

 

De daaropvolgende vraag is, waarom doen ze dat? Welke normen gebruiken zij voor dit werk? Dit herinnert ons aan onze houding als dienaar, en aan waarom wij dienaren worden. We kijken ook naar de rechten en plichten van een dienaar.

 

Het woord dienaar wat wij vanmiddag gebruiken, komt van het woord doulos. Met verschillende begrippen: slaaf, bediende, thuiswerker. Maar voor vanmiddag kiezen wij de betekenis voor doulos: ‘iemand die zich afgeeft voor iemands wil (de meester) om hem zo goed mogelijk te bedienen.’  Dus een dienaar – in dit geval een dienaar van Christus – geeft zichzelf op vrijwillige basis en dient met al zijn mogelijkheden de doelen van Christus. Deze dienaar is niet gedwongen te dienen omdat hij gekocht is (een slaaf). Een dienaar worden brengt ook trots en aanhankelijkheid met zich mee.

 

We zien deze dienstbaarheid verder volgens de gelijkenis van de Here Jezus in Lukas 17. Wat zijn de plichten van een dienaar en waarom doet hij zijn werk.

 

Ons berhaal begint met een gesprek tussen de Here Jezus en zijn apostelen. Een paar waarschuwingen van de Here Jezus: 1 Tegen zijn leerlingen zei hij: ‘Het is onvermijdelijk dat er mensen ten val worden gebracht, alleen: wee degene die daarvoor verantwoordelijk is! 2 Het zou beter voor hem zijn als hij met een molensteen om zijn nek in zee werd geworpen dan dat hij ook maar een van deze geringen ten val zou brengen. 3 Let dus goed op jezelf! Indien een van je broeders of zusters zondigt, spreek die dan ernstig toe; en als ze berouw hebben, vergeef hun. 4 En als ze zevenmaal op een dag tegen je zondigen en zevenmaal naar je terugkeren en zeggen: “Ik heb berouw,” dan moet je hun vergeven.’

5 Toen zeiden de apostelen tegen de Heer: ‘Geef ons meer geloof!’ De discipelen waren niet zeker dat zij die bekwaamheden al hebben.

 

Hier beantwoordde Jezus met de gelijkenis van de dienaar. En dat vergiffenis inderdaad een zeker geloof nodig heeft. Dat een geloof ter groote van een sesamzaad, genoeg is om een vijgenboom te verplaatsen naar de zee. (vergelijk dat met geloof ter groote van een sesamzaad dat een berg verplaatst). Dus in geloof zou je ook iemand kunnen vergeven.

 

Deze handeling om een broeder die berouw heeft te vergeven is als onze taak als dienaar. Het lijkt alsof Jezus wil zeggen dat vergevings-gezindheid tot onze taken behoort. Wij zijn toch onnutte dienaren, dus vanzelfsprekend vergeven wij degene die onze schuldenaren zijn. Ook al doet hij of zij die fouten tot zeven keren per dag.

 

De Here Jezus zegt: Als iemand van jullie een knecht zou hebben die ploegt of de kudden weidt, dan zal hij, wanneer die thuiskomt van het land, toch niet tegen hem zeggen: “Ga maar meteen aan tafel”? (vers 7)

 

Laat ons even op deze plek pauzeren. Als iemand het u vraagt, wat zal dan uw antwoord zijn? Zal da took uw antwoord aan uw dienaar zijn? In deze tijd zullen wij onze werkers eten aanbieden. Of onze werkers zullen dat van ons eisen.

 

Een klein onderzoek heb ik gedaan over de realatie heer dienaar in het Nieuwe Testament. Vooral in Paulus’ brieven (Toen was het Lukas evangelie al geschreven). Wat was toen de positive van een dienaar?

 

Wat ik gevonden heb, is date r van een dienaar verwacht wordt om zijn meester als God te behandelen. Volgens Efesus 6 (5) Slaven, gehoorzaam uw aardse meester zoals u Christus gehoorzaamt, met ontzag, respect en oprechtheid; (6) niet met uiterlijk vertoon om bij de mensen in de gunst te komen, maar als slaven van Christus die van harte alles doen wat God wil.

En volgens Kolossenzen 3 (22) Slaven, gehoorzaam uw aardse meester in alles, niet met uiterlijk vertoon om bij de mensen in de gunst te komen, maar oprecht en met ontzag voor de Heer. (23) Wat u ook doet, doe het van harte, alsof het voor de Heer is en niet voor de mensen,

 

Nou komt Titus 2 aan bod: (9) Slaven moeten in alles het gezag van hun meester erkennen en het hem naar de zin maken. Ze mogen hem niet tegenspreken (10) of van hem stelen, maar moeten laten zien dat ze volkomen betrouwbaar zijn. Dan verhogen ze in alles wat ze doen het aanzien van de leer van God, onze redder.

 

En de laatste wat mij ietwat extreem lijkt, uit 1 Petrus 2 (18) Slaven, erken het gezag van uw meesters en heb ontzag voor hen, niet alleen voor de goede en rechtvaardige, maar ook voor de onrechtvaardige. (19) Het is een blijk van genade als iemand, doordat zijn aandacht op God gericht is, in staat is onverdiend leed te verdragen.

 

Al deze bijbelverzen toont de absolute gehoorzaamheid van de dienaar ten opzichte van de meester. Dit is wat de Here Jezus van ons als Zijn dienaren vraagt. En als iemand die berouw heeft om vergeving van ons vraagt, wordt van ons verwacht om te vergeven. Of hij of zij inderdaad echt berouw heeft als tot 7 keren per dag dezelfde fout maakt, doet er niet toe, weld at wij hem/haar vergeven.

 

Waarom moeten wij vergeven? Want dat wordt van ons als dienaar gevraagd. In Zijn gelijkenis zegt Jezus dan een meester geen eten aan zijn dienaren hoeft aan te bieden. Een meester zegt meestal: bereid mijn eten, gord je dienstbereid en bedien mij, totdat ik klaar ben met eten en drinken, Daarna mag je pas gaan eten. Zouden dienaren van de Koninkrijken van Jogyakarta of van de Nederlanden enige coulantheid verwachten? Welneen. Ze doen hun werk met trots en tevredenheid in hun dientbaarheid aan de meester.

 

De volgende vraag: “ zal de meester zijn dienaar bedanken, voor het gedane werk?”

 

En nou een andere draai aan dit verhaal. Jezus heeft deze vraag nooit echt beantwoordt. Hij zei: Hetzelfde geldt voor jullie; wanneer jullie alles gedaan hebben wat jullie is opgedragen, zeg dan: “Wij zijn maar knechten, we hebben enkel onze plicht gedaan.”’

 

De kern van het Woord vanmiddag is onze plicht als dienaar. Wij zijn dienaren en geen slaven. Wij kiezen om een dienaar van Christus te zijn. Een dienaar vraagt geen waardering voor zijn werk. Onze vreugde ligt in het doen van dat werk.

 

Vandaar dat het woord doulos juist wordt gebruikt en geen werker (ergasia/ergatas). We doen dit werk niet om loon, maar om onze dienstbaarheid. De Here dienen is geen geld verdienen, of eer, of eigen tevredenheid, om tijdverdrijf. We doen het omdat het zo hoort.

 

De bereidwilligheid van een dienaar is te zien aan zijn tevredenheid, ook al krijgt hij geen waardering. Een dienaar dient zijn meester omdat dat is wat hij wil. Als je begint te mopperen in jouw dienst aan de Here, dan bent je ontevreden omdat alles buiten jouw verwachting is. Jouw motivatie is dat je iets verwacht voor jouw diensten.

 

Mbah Maridjan was geen christen, maar zijn dienst aan de Sultan Hamengkubuwono is als een echte dienaar. Zonder enig voorbehoud gaf hij zijn leven aan zijn meester. Laat ons ook met ons gehele hart onze levende God dienen in vreugde. Amen

Ds Binsar Jonathan Pakpahan

 

Viewed 17990 times by 3863 viewers

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *